Anna's verhaal

 In 2000 begonnen wij voor het eerste te denken aan pleegzorg, dit omdat er in de familie twee kinderen waren die opvang nodig hadden. We hadden contact met jeugdzorg en ze stelden de vraag of we plek hadden voor een crisisplaatsing. Na kort overleg met mijn man en kinderen hebben we hierop allemaal ja geantwoord. Natuurlijk wil je de kinderen helpen en we hadden liever dat de pleegkinderen in de familie zouden blijven. Wij gingen ervan uit dat de bloedband mee zou werken en dat het kind snel weer naar huis zou gaan. In totaal hebben we twee kinderen mogen opvangen. Een is later naar een ander gezin gegaan de ander is tot dat ze volwassen is bij ons gebleven. Op dit moment vang ik geen pleegkinderen op.                                      

De voorbereiding:

Omdat het een crisisplaatsing was hebben we ons niet echt kunnen voorbereiden alleen het hoogst nodige hebben we toen in huis gehaald zoals een bed en een kledingkast. Na drie dagen waren de pleegkinderen er al. Achteraf gezien had ik liever meer tijd gehad om mij en mijn gezin voor te bereiden maar dit was in die tijd niet mogelijk. Persoonlijk denk ik ook dat je je nooit helemaal kan voorbereiden op de komst van een pleegkind er zullen altijd dingen anders gaan als verwacht dit kan zowel positief zijn als negatief. Ik had ook weinig kennis van pleegzorg en de reacties die pleegkinderen kunnen hebben als het in een ander gezin wordt geplaatst. Nadat we de pleegkinderen in huis hadden hebben we nog een TOP-cursus gevolgd bij jeugd- en pleegzorg. 

 

Komst en verloop:

De eerste week was een rare week in mijn ogen, dan heb je ineens naast je biologische kinderen er nog twee kinderen bij. Je hele gezin moet zich aanpassen en dit kost tijd, veel tijd. Na ongeveer een half jaar werden de pleegkinderen voor mijn gevoel meer zichzelf. Wat ik fijn vond was dat onze eigen kinderen erg open stonden richting de nieuwe kinderen, ze wilden samen spelen en deelden hun speelgoed. De eerste nacht sliepen de pleegkinderen al goed, hierna hebben we een paar keer geïnformeerd. 

Wat ik anders zou doen als ik weer aan het begin van die periode stond: Ik zou liever kinderen in verschillende leeftijdscategorieën hebben want als ze in dezelfde leeftijd zitten als je biologische kinderen hebben ze wel dezelfde interesses maar er is ook meer concurrentie. Ik zou mensen dan ook aanraden om een jonger pleegkind te nemen als hun jongste kind. Met ongeveer vier tot zes jaar verschil, ook een privéplek kan ik aanraden niet alleen voor alle kinderen maar ook een privéplek voor jezelf. 

Aan beginnende pleegouders zou ik mee willen geven dat een pleegkind niet zomaar bij je komt je moet geen pleegkind nemen als speelkameraadje voor je eigen kind of omdat het je leuk lijkt, besef goed dat ze niet bij je komen vanwege zweetvoeten. Ze vragen veel tijd, net als ieder kind, ga van te voren na of je hiervoor klaar bent en praat met andere pleegouders of pleeggezinnen. Je moet het willen doen, je wilt een kind een stabiliteit geven en een basis of dit nou door middel van langdurige opvang of crisisopvang is doe het voor het kind en niet voor jezelf. 

Biologische kinderen:

Mijn kinderen stonden erg open naar de pleegkinderen. We hebben ze verteld wat we konden over wat pleegzorg inhoud en hebben met ze overlegd of de pleegkinderen na de crisisperiode langer mochten blijven. De kinderen hadden hierin een grote stem, op dat moment hebben ze allemaal ja gezegd ze mochten van hun wel blijven. Ik raad iedereen aan om hierover met zijn kinderen te praten. We konden ze niet goed voorlichten op alles wat zou kunnen veranderen want dat wisten we zelf ook niet.  

Dingen die veranderden: 

  • Ook de pleegkinderen moeten naar school ons pleegkind kwam in dezelfde klas als ons kind, aan de ene kant handig want dan kent ze gelijk al iemand, aan de andere kant moet je eigen kind voor zijn gevoel de klas ineens delen net als haar/zijn thuisbasis. 
  • De instanties die langs kwamen vroegen vaak alleen naar het pleegkind in het gezin. Dit omdat ze willen weten hoe het gaat maar dat voelt soms best raar er komt dan zoveel, teveel, focus op het pleegkind te liggen dat de groepsdynamiek in een gezin vergeten word. 
  • Vanuit alle kanten wordt er gevraagd naar het pleegkind, je structuur veranderd ook want je brengt de pleegkinderen naar therapie en andere afspraken. 
  • Zelf moet je/wil je naar de workshops en therapie voor pleegouders en er komen ineens instanties bij je over de vloer. 

Overige tips:

  1. Regel af en toe, bijvoorbeeld eens in de week een oppas en ga iets voor jezelf doen of met je partner. 
  2. Zorg voor persoonlijke één op één tijd met alle kinderen in je gezin. 
  3. Bouw rust, regelmaat, reinheid en structuur in. 

Begeleiding:

We hebben in totaal twee pleegzorgbegeleiders gehad. Met de eerste hadden we niet echt een klik wat de samenwerking niet bevorderde. De pleegzorgbegeleider zei soms dat we bepaalde dingen moesten doen zoals een therapie volgen waar we geen nut van inzagen. We hebben dit eerlijk gezegd en toen zei ze dat ze het geld in zou te houden, dit maakte ons niet veel uit want we vangen het kind op voor het kind en niet voor het geld, daarna hebben we een andere pleegzorgbegeleider gekregen omdat deze pleegzorgbegeleider niet meer met ons wilde samenwerken.

 Met de tweede pleegzorgbegeleider hadden we meer een klik ze was zelf ook een ouder en begreep alle veranderingen die we mee maakten, ze informeerde ook naar ons gezin wat ik als erg prettig heb ervaren. Langzamerhand hebben we het bezoek afgebouwd van elke week naar elke twee weken en toen eens in de maand. Wel mochten en konden we altijd haar bellen of de instantie in geval van nood. Het is erg belangrijk om een pleegzorgbegeleider te hebben die je begrijpen waarmee je een klik hebt. 

Naast de pleegzorgbegeleiders hadden we ook een geweldige voogd! Deze voogd kwam vanaf de andere kant van het land en reed gerust drie uur heen en drie uur terug om een bezoekje te brengen!

Wat ik dan ook wil mee geven aan de mensen in het werkveld is:

  • Luister goed naar wat we vertellen, pleegouders en pleegkind, maar ook de eigen kinderen in het gezin.
  • Kijk naar het gehele gezin voor, tijdens en na de plaatsing. Heb ook gesprekken met de biologische kinderen van de pleegouders ze zouden een grote bron van informatie kunnen zijn. Kinderen zien dingen op een andere manier, haal hiermee je voordeel. 
  • Dreig niet met overplaatsing of inhouden van geld.

Zou het werkveld profijt kunnen hebben door het gehele gezin te betrekken?

Ja, ik denk dat de kans op een langere goede plaatsing hoger wordt. De pleegouders voelen zich meer gesteund en de focus en de druk van alleen kijken naar het pleegkind neemt af. 

Ook zouden de biologische kinderen misschien wel dingen aan de werknemers/werkvelders vertellen die ze niet aan hun ouders/ons vertellen uit loyaliteit of door alle veranderingen wat weer ten goede komt voor de plaatsing en de gezinsdynamiek.

Voor de biologische kinderen/eigen kinderen zou ik willen voorstellen om een telefoonlijn op te stellen waar ze zelf of met hun ouders informatie kunnen inwinnen. Of vertellen hoe ze de komst/plaatsing hebben beleeft en wat ze goed vinden gaan of liever anders zien.